De Schijf van 10, ik had er nog nooit van gehoord hoewel ik al heel wat jaren het nodige lees op het gebied van gezondheid en sporten. Toegegeven, ik lees vooral over hardlopen, maar ook daar kwam ik de Schijf van 10 niet tegen. Omdat ik het belangrijk vind dat meer mensen ervan op de hoogte zijn, en het liefst er ook mee aan de slag gaan, schrijf ik er hier over. Dat veel mensen in Nederland te weinig bewegen, dat weten we wel. Zitten wordt ook wel het nieuwe roken genoemd. Ons lichaam is gemaakt om te bewegen en functioneert beter als we meer bewegen. Als runningtherapeut weet ik dat we ons niet alleen fysiek beter voelen door meer te bewegen maar ook mentaal. In een interview in het NRC van afgelopen 1 december stelt fysiotherapeut en conditietrainer René Wormhout dat we niet alleen te weinig bewegen maar ook te eenzijdig. Hij is met wetenschapper Geert Savelsbergh de bedenker van de Schijf van 10. Deze schijf is een praktische samenvatting van het Athletics Skill Model en bestaat uit de volgende 10 beweegvormen: balanceren en vallen; stoeien en vechten; gaan en lopen; springen en landen; rollen, duikelen en draaien; gooien, vangen, slaan en mikken; trappen, schieten en mikken; klimmen en klauteren; zwaaien en slingeren; en bewegen op – en maken van muziek. Veelzijdig bewegen leidt tot een beter aanpassingsvermogen, minder blessures, betere sportieve prestaties en meer creativiteit. Dat is nogal wat. Hierdoor kunnen we een leven lang gezond blijven bewegen. René zet deze kennis in bij de trainingen van het Nederlands elftal en in het verleden ook bij Ajax. Topsporters én amateursporters hebben baat bij gevarieerd bewegen en het geldt voor alle leeftijden. Wat leer ik hiervan? Zowel in mijn hardlooptrainingen als in mijn praktijk als runningtherapeut wil ik meer variatie inbouwen. Hardlopen is een redelijk eenzijdige sport maar ik zie genoeg mogelijkheden om meer grondvormen uit de schijf van 10 in de loopsessies op te nemen: denk aan huppelen, tikkertje spelen, balansoefeningen bij de warming up, touwtje springen, gooien met een bal etc. Het gaat vooral om plezier hebben in bewegen en durven te spelen. Dat kennen we in de loopsport in de vorm van de Farlek-training. Deze variatie in bewegen kan volgens mij standaard in elke training worden ingebouwd.